Retourner à l'exercice
Exercice "Noms composés avec reis (voyage)", créé par mariebru (exercice gratuit pour apprendre le néerlandais) :
Résultats des 133 personnes qui ont passé ce test :
Moyenne : 45% (9 / 20) Partager
Dernier membre à avoir fait un sans faute : huxa / BELGIQUE, le jeudi 27 février à 17:09:
"Met zo'n lage gemiddelde had ik moeilijker verwacht!"
57.9% ont eu moins de la moyenne.
42.1% ont eu au moins la moyenne.
Tous les membres qui ont obtenu un 20/20 à ce test
Statistiques questions sur 133 candidats
Question 1 réussie à 42.9 %
Onze directeur zal volgende maand een * programmeren om zijn vertegenwoordigers te controleren.
Question 2 réussie à 34.6 %
Als je met een ballon vaart, doe je een bijzondere *.
Question 3 réussie à 31.6 %
Als je een * maakt, doe je een tocht voor je genoegen.
Question 4 réussie à 42.1 %
Om mijn vakantie voor te bereiden, ga ik naar een * om een catalogus te kunnen raadplegen.
Question 5 réussie à 94.7 %
Een * is een tocht op het water.
Question 6 réussie à 30.1 %
Met een * bent u altijd op weg en bijna iedere nacht overnacht u in een ander hotel.
Question 7 réussie à 45.1 %
Ik ga dit jaar met een * op vakantie, zo ben ik niet alleen om te reizen.
Question 8 réussie à 29.3 %
Veel mensen maken een * naar de Noordzee om zich te ontspannen.
Question 9 réussie à 42.9 %
Voor onze * hebben we nog geen bestemming gevonden : Peter wil naar Venetië reizen maar ik vind dat zo gewoon.
Question 10 réussie à 38.3 %
Een * is een reis op zoek naar nog onbekende gebieden.
Retourner à l'exercice : Noms composés avec reis (voyage)
Autres exercices pour apprendre le néerlandais