Retourner à l'exercice
Exercice "Pronoms relatifs", créé par mariebru (exercice gratuit pour apprendre le néerlandais) :
Résultats des 637 personnes qui ont passé ce test :
Moyenne : 79% (15.8 / 20) Partager
Dernier membre à avoir fait un sans faute : andy59 / FRANCE, le samedi 21 mars à 16:08:
"❤️"
5.1% ont eu moins de la moyenne.
94.9% ont eu au moins la moyenne.
Tous les membres qui ont obtenu un 20/20 à ce test
Statistiques questions sur 636 candidats
Question 1 réussie à 84.1 %
De man * daar staat is mijn vader niet.
Question 2 réussie à 68.1 %
De school * al honderd jaar bestaat, geeft een groot feest.
Question 3 réussie à 92.3 %
Het boek * je leest, is mij niet bevallen.
Question 4 réussie à 66.5 %
De computer * ik gekocht heb, is al kapot !
Question 5 réussie à 74.8 %
Het meisje * achter de kassa zit is mijn vriendin.
Question 6 réussie à 91.5 %
Het huis * we gekocht hebben, is te vochtig.
Question 7 réussie à 76.4 %
Mijn broer * Nederlands leert, wil een paar dagen naar Den Haag gaan.
Question 8 réussie à 75.5 %
Volgens onze advocaat is het bevel tot betaling * we hebben gekregen niet geldig.
Question 9 réussie à 49.5 %
Het is de afdeling "bezoeken" * je moet opbellen, als jij een bezoek aan het Europees Parlement wil brengen.
Question 10 réussie à 89.8 %
Het huiswerk * ik voor morgen moet doen, is niet gemakkelijk.
Retourner à l'exercice : Pronoms relatifs
Autres exercices pour apprendre le néerlandais
