Retourner à l'exercice
Exercice "Synonymes", créé par mariebru (exercice gratuit pour apprendre le néerlandais) :
Résultats des 1 769 personnes qui ont passé ce test :
Moyenne : 51.5% (10.3 / 20) Partager
Dernier membre à avoir fait un sans faute : candy75 / BELGIQUE, le mercredi 22 avril à 11:35:
"❤️"
51.1% ont eu moins de la moyenne.
48.9% ont eu au moins la moyenne.
Tous les membres qui ont obtenu un 20/20 à ce test
Statistiques questions sur 1450 candidats
Question 1 réussie à 71.9 %
Cindy is absent * omdat ze griep heeft.
Question 2 réussie à 87 %
Er is een afgrijselijk * ongeluk gebeurd.
Question 3 réussie à 37.4 %
Ik was amper * thuis, of het begon te regenen.
Question 4 réussie à 45.7 %
Een persoon die kleurenblind is, kan geen verschil * maken tussen rood en groen.
Question 5 réussie à 44.1 %
Dat onderzoek werd uitgevoerd op bevel van * het Ministerie van Volksgezondheid.
Question 6 réussie à 38.8 %
Studenten stelden zich voor als oppassen *.
Question 7 réussie à 50.6 %
Schrijf je met een ballpoint * ?
Question 8 réussie à 34.8 %
Het is nog betrekkelijk * vroeg.
Question 9 réussie à 42.1 %
De secretaresse gaat weg : ze heeft een andere betrekking *.
Question 10 réussie à 54.1 %
Een boemeltrein * rijdt niet vlug want hij stopt bij ieder station.
Retourner à l'exercice : Synonymes
Autres exercices pour apprendre le néerlandais