Retourner à l'exercice
Exercice "Conjonctions de subordination", créé par mariebru (exercice gratuit pour apprendre le néerlandais) :
Résultats des 890 personnes qui ont passé ce test :
Moyenne : 36% (7.2 / 20) Partager
Dernier membre à avoir fait un sans faute : jpr / BELGIQUE, le mercredi 27 avril à 14:56:
"Pour moi, trop difficile !"
68.3% ont eu moins de la moyenne.
31.7% ont eu au moins la moyenne.
Tous les membres qui ont obtenu un 20/20 à ce test
Statistiques questions sur 611 candidats
Question 1 réussie à 45 %
Hij vroeg hem * hij nog steeds zo vreselijk vals zong.
Question 2 réussie à 38.3 %
De jongens stapten met hun fiets naar de schuur * de fietsen van de anderen stonden.
Question 3 réussie à 31.8 %
De zon leek op een rode bal * ze naar het dorp vertrokken.
Question 4 réussie à 43.4 %
Ze begreep * haar man hun buren liever niet tegen kwam.
Question 5 réussie à 27 %
Hij had haar niet gezien * de antieke bank hoge leuningen had.
Question 6 réussie à 36.2 %
De man trok beide gordijnen open en stapte opzij * de anderen naar buiten konden zien.
Question 7 réussie à 16 %
Hij kon zich niet herinneren * hij met zijn ouders had gepraat.
Question 8 réussie à 34 %
Ze blijft hier * u het goed vindt.
Question 9 réussie à 20.3 %
Hij wist * er gedaan moest worden.
Question 10 réussie à 28.8 %
Het regent hard * ik zit te schrijven.
Retourner à l'exercice : Conjonctions de subordination
Autres exercices pour apprendre le néerlandais
