Retourner à l'exercice
Exercice "Mots avec be- , ge-, et ver-", créé par anonyme (exercice gratuit pour apprendre le néerlandais) :
Résultats des 795 personnes qui ont passé ce test :
Moyenne : 64.5% (12.9 / 20) Partager
Dernier membre à avoir fait un sans faute : jh59 / , le jeudi 21 novembre à 11:27:
"❤️"
34.3% ont eu moins de la moyenne.
65.6% ont eu au moins la moyenne.
Tous les membres qui ont obtenu un 20/20 à ce test
Statistiques questions sur 164 candidats
Question 1 réussie à 62.8 %
Bedenk wel, alle * is mœilijk.
Question 2 réussie à 46.3 %
Dat is zo mœilijk, dat gaat alle * te boven.
Question 3 réussie à 82.9 %
We gaan *, we gaan in Middelburg wonen.
Question 4 réussie à 74.4 %
Elke dag is er wel een * op de autoweg tussen Rotterdam en Den Haag.
Question 5 réussie à 87.2 %
Ik ben door het rode licht gereden. Ik heb daarom een * gekregen.
Question 6 réussie à 78 %
De weerman zegt dat het morgen een * dag zal zijn.
Question 7 réussie à 76.8 %
Kinderdijk is * om zijn vele molens.
Question 8 réussie à 71.3 %
In het Rijksmuseum in Amsterdam hangen schilderijen van * 17e eeuwse schilders.
Question 9 réussie à 85.4 %
Hij was erg *, toen hij dat hoorde.
Question 10 réussie à 75 %
Sophie heeft in april haar 10e * gevierd.
Question 11 réussie à 60.4 %
Ik moet je mijn * aanbieden.
Question 12 réussie à 63.4 %
Tijdens de storm was er een groot * voor een dijkdoorbraak.
Question 13 réussie à 82.3 %
De moordenaar zit levenslang in de *.
Question 14 réussie à 62.2 %
Hij wordt als * in de rechtszaal opgeroepen.
Question 15 réussie à 55.5 %
Ik vertel je een *, dat je niet verder mag vertellen. Beloof je dat?
Retourner à l'exercice : Mots avec be- , ge-, et ver-
Autres exercices pour apprendre le néerlandais