Apprendre le néerlandais > Leçons & Exercices de néerlandais > Néerlandais = français (1) > Statistiques mises à jour toutes les 4h
Retourner à l'exercice

Exercice "Néerlandais = français (1)", créé par mariebru (exercice gratuit pour apprendre le néerlandais) :
Résultats des 1 068 personnes qui ont passé ce test :
Moyenne : 60.5% (12.1 / 20) Partager

Dernier membre à avoir fait un sans faute : olivier1 / BELGIQUE, le mardi 02 avril à 14:28:
"❤️"
38.5% ont eu moins de la moyenne.
61.5% ont eu au moins la moyenne.
Tous les membres qui ont obtenu un 20/20 à ce test


Statistiques questions sur 1068 candidats
Question 1 réussie à 75.5 %
Mia spreekt Nederlands met een Frans *.

Question 2 réussie à 88.7 %
Mia gaat bij de tandarts : ze heeft een *.

Question 3 réussie à 64 %
Helena heeft een * op een krant genomen.

Question 4 réussie à 65.9 %
De leraar heeft genoteerd dat drie leerlingen vandaag * waren.

Question 5 réussie à 46.3 %
De * van het kapitalisme is de titel van een artikel.

Question 6 réussie à 56.6 %
Peter volgt de cursussen van de * voor Beeldende Kunsten.

Question 7 réussie à 47.8 %
Een lineaire * ontstaat door een verandering van snelheid zonder een verandering van richting.

Question 8 réussie à 56.7 %
Sonia is een nieuwe * van deze krant en ze heeft een geschenkje gekregen.

Question 9 réussie à 42 %
De * van een vergif is bijna altijd heel gevaarlijk en dus dodelijk.

Question 10 réussie à 49.5 %
De priester geeft de * aan de zieke mensen.


Retourner à l'exercice : Néerlandais = français (1)

Autres exercices pour apprendre le néerlandais