Apprendre le néerlandais > Leçons & Exercices de néerlandais > Noms composés avec fiets (vélo) > Statistiques mises à jour toutes les 4h
Retourner à l'exercice

Exercice "Noms composés avec fiets (vélo)", créé par mariebru (exercice gratuit pour apprendre le néerlandais) :
Résultats des 164 personnes qui ont passé ce test :
Moyenne : 49% (9.8 / 20) Partager

Dernier membre à avoir fait un sans faute : olivier1 / BELGIQUE, le lundi 30 décembre à 10:53:
"❤️"
53.7% ont eu moins de la moyenne.
46.3% ont eu au moins la moyenne.
Tous les membres qui ont obtenu un 20/20 à ce test


Statistiques questions sur 164 candidats
Question 1 réussie à 51.2 %
Léa en Peter maken deel van een *.

Question 2 réussie à 47 %
Op mijn fiets heb ik een * laten plaatsen, zo kan niemand die pikken.

Question 3 réussie à 37.2 %
Een * dient om een fiets te parkeren.

Question 4 réussie à 32.9 %
Vader zegt dat Wim elke avond zijn fiets in het * moet zetten.

Question 5 réussie à 43.3 %
In Nederland en Vlaanderen is veel *.

Question 6 réussie à 89.6 %
Voor het vertrek moet je altijd je * oppompen

Question 7 réussie à 51.8 %
In Zuid- en Zuidoost-Azië kan je je met een * laten vervoeren.

Question 8 réussie à 48.8 %
Met een * kan je de snelheid en gereden afstand registreren.

Question 9 réussie à 39 %
Op het einde van de week neem ik deel aan een * aan zee.

Question 10 réussie à 42.7 %
Het is verplicht een * op elke fiets te hebben.


Retourner à l'exercice : Noms composés avec fiets (vélo)

Autres exercices pour apprendre le néerlandais