> Plus de cours & d'exercices de néerlandais sur les mêmes thèmes : | Quantité [Autres thèmes]
	> Tests similaires : - Adjectifs et pronoms démonstratifs - Pronoms indéfinis - Adjectifs indéfinis - Tout (différentes formes) - Articles partitifs - Nom-pluriel des noms de mesure - Adjectifs et pronoms indéfinis - Adjectifs et pronoms indéfinis
	> Double-cliquez sur n'importe quel terme pour obtenir une traduction...

Quantités (les) - les contenants - cours

Complétez.

Intermédiaire Tweeter Partager
Exercice de néerlandais "Quantités (les) - les contenants - cours" créé par mariebru avec le générateur de tests - créez votre propre test ! [Plus de cours et d'exercices de mariebru]
Voir les statistiques de réussite de ce test de néerlandais

Merci de vous connecter à votre compte pour sauvegarder votre résultat.

1. Hoeveel kost een blikflesglaskopjepakpakjepotreepsnedenstuk Je ne sais pas bier ?

2. Ik zou graag drie blikflesglaskopjepakpakjepotreepsnedenstuk Je ne sais pas ham willen.

3. Drink je een blikflesglaskopjepakpakjepotreepsnedenstuk Je ne sais pas koffie ?

4. Ik drink liever een blikflesglaskopjepakpakjepotreepsnedenstuk Je ne sais pas fruitsap.

5. Ik eet dikwijls een hele blikflesglaskopjepakpakjepotreepsnedenstuk Je ne sais pas chocolade.

6. Heb je een blikflesglaskopjepakpakjepotreepsnedenstuk Je ne sais pas jam gekocht ?

7. Nee, maar ik heb een blikflesglaskopjepakpakjepotreepsnedenstuk Je ne sais pas tomatensoep gekocht.

8. Is het mogelijk een blikflesglaskopjepakpakjepotreepsnedenstuk Je ne sais pas thee te kopen ?

9. Elke zaterdag eet ik een blikflesglaskopjepakpakjepotreepsnedenstuk Je ne sais pas frieten.

10. En daarna een blikflesglaskopjepakpakjepotreepsnedenstuk Je ne sais pas gebak.