> Plus de cours & d'exercices de néerlandais sur les mêmes thèmes : | Pluriel [Autres thèmes]
	> Tests similaires : - Nom-pluriel - Nom-pluriel-(2. Terminaison en-S) - Nom-pluriel-(3. Mots invariables) - Nom-pluriel-cas particuliers - Nom-pluriel et règles d'orthographe - Chocolat (le) - Nom-Pluriel - Nom-pluriel
	> Double-cliquez sur n'importe quel terme pour obtenir une traduction...

Nom - Singulier

Donnez le singulier du nom entre parenthèses.

Bon Courage!

Débutants Tweeter Partager
Exercice de néerlandais "Nom - Singulier" créé par inda avec le générateur de tests - créez votre propre test ! [Plus de cours et d'exercices de inda]
Voir les statistiques de réussite de ce test de néerlandais

Merci de vous connecter à votre compte pour sauvegarder votre résultat.

1. In de bakkerij heb ik een vers gekocht. (broden)

2. Aan de tafel stond er geen . (stoelen)

3. Er reed een in de verkeerde richting. (auto's)

4. Jean is deze morgen gevallen en heeft zijn gebroken. (benen)

5. In de kledingwinkel wist ik niet welke ik wilde kopen. (bloezen)

6. Ik koop een boeket bloemen met twaalf rode tulpen en een witte . (rozen)

7. Die jongens hadden een waardevolle gevonden in het bos. (stenen)

8. De postbode bracht deze morgen een aangetekende . (brieven)

9. Ik ben dol op fruit en eet iedere dag een . (bananen)

10. Ik heb deze morgen tijdens het afwassen een gebroken. (glazen)