> Plus de cours & d'exercices de néerlandais sur les mêmes thèmes : | Fêtes | Mots [Autres thèmes]
	> Tests similaires : - Saint Nicolas et le Père Fouettard - Noël et la décoration du sapin - Chocolat (le) - Saint-Valentin - Carnaval - Fêtes et événements - Fêtes et jours fériés nationaux - Fête des mères
	> Double-cliquez sur n'importe quel terme pour obtenir une traduction...

Pâques - Pasen

Complétez le texte

Débutants Tweeter Partager
Exercice de néerlandais "Pâques - Pasen" créé par mariebru avec le générateur de tests - créez votre propre test ! [Plus de cours et d'exercices de mariebru]
Voir les statistiques de réussite de ce test de néerlandais

Merci de vous connecter à votre compte pour sauvegarder votre résultat.

Mode d'emploi : cliquez sur chaque lettre pour reconstituer le bon mot. Cliquez sur la boîte pour recommencer. Une aide dans la case grise.

1. Peter en Mia gaan met (

N

E

S

A

P

)   [P...] altijd bij hun ouders eten.

2. Na het eten gaan de kinderen naar chocolade (

E

A

A

P

E

I

E

R

S

N

)   [pa...] in de tuin zoeken.

3. Tijdens de (

N

D

S

V

P

A

O

A

A

)   [pa...] beschilderen de kinderen gekookte eieren.

4. Op school hebben de kinderen een (

H

A

S

A

A

A

S

P

)   [p...] gekregen.

5. Vanaf 2 april tot 8 april, dus gedurende de (

P

A

W

S

E

E

A

K

)   [p...], blijf ik thuis.

6. Op (

P

D

A

S

A

G

A

)   [p...] wordt het gewoonlijk een lammetje gegeten.

7. Veel kinderen uit België en Nederland denken dat de (

N

O

A

K

S

L

K

E

K

P

A

)   [pa...] eieren brengen.

8. Moeder mag geen chocolade eten; vader heeft haar mooie (

M

L

P

N

O

B

A

E

A

S

E

)   [pa...] gekocht.

9. Het (

E

S

T

F

P

A

A

S

E

)   [pa...] wordt door veel religies gevierd.

10. Maar Pasen is ook het feest van de (

L

T

E

N

E

)   [l...].